Beeldend kunstenaar Ton Paauw op Landgoed Eyckenstein

2020-12

Waar een toevallige ontmoeting toe kan leiden! Lex van Boetzelaer liep op het landgoed zijn hond uit te laten en zag midden op een open vlakte iemand bezig met de takken van gerooide bomen. Een houtsprokkelaar…? Een natuuronderzoeker…? Eerst maar even vragen wie hij is.

“Ik ben Ton Paauw, ik probeer een stoel te maken”, was het verrassende antwoord. In het boeiende gesprek dat volgde, legde Paauw uit dat hij beeldend kunstenaar is en zich laat inspireren door alles was hij ziet en daar maakt hij dan mooie foto’s van. Op deze vlakte zag hij een lange strook met takken liggen, waar hij een stoel in zag. Het statief met camera stond inderdaad al in de aanslag. Paauw: “Ik zal je de foto’s wel toesturen als je wil.” Zeker, heel graag! Zo gezegd zo gedaan. En het bleef niet bij foto’s, maar er volgde twee weken later een uitgebreid interview, wederom op de ‘plaats delict’.

Ton Paauw bij zijn stoel van takken.

 

Het was trouwens een wonder dat de geproduceerde stoel er nog was. Paauw had hem na de eerste ontmoeting op de open vlakte laten staan. Toen hij hier een andere dag terugkwam om er foto’s van te maken, was de stoel tot zijn schrik verdwenen! Gelukkig vond hij hem op een andere plek weer terug, blijkbaar door iemand verplaatst.

De stoel (foto Ton Paauw)

Ton Paauw, 69 jaar, geboren in Soest en al 33 jaar inwoner van Bilthoven, getrouwd en ondertussen grootvader. “Toen ik 15 was, had ik al het idee dat ik beeldend kunstenaar wilde worden. Mijn ouders wilden dat absoluut niet. Mijn vader was slager in Soest. Ik ging uiteindelijk maar mijn eigen gang en heb de kunstacademie gedaan, vijf jaar in Den Bosch. Ik was steeds met allerlei ideeën en concepten bezig, wat ik steeds op de plek zelf maakte of wilde maken.” Bomen en landschap spelen voor Paauw altijd een belangrijke rol. Als 18-jarige zette hij zich al in om de Soester Eng te beschermen, waar toen een vierbaansweg overheen gepland was. Later kreeg hij ook veel met landgoederen te maken, Slot Zeist en Kasteel Groeneveld, waar hij tentoonstellingen opzette over milieu en natuur. Met deze onderwerpen werkte Paauw regelmatig samen met bekende Nederlanders, zoals Midas Dekkers, Marcel van Dam en Marten Toonder. Ook heeft hij een keer een tentoonstelling voor het (toenmalige) Ministerie van Landbouw mogen opzetten.

Jarenlang had Paauw naast zijn kunstwerkzaamheden ook nog een goed lopende uitgeverij van wenskaarten en ansichtkaarten. “Het was eigenlijk helemaal niet de bedoeling dat ik een uitgeverij had. Maar dat kwam door de muurschilderingen die ik in Soest heb gemaakt, de potlootschildering op flats langs de Dalweg. Daar ging ik ansichtkaarten van uitgeven. Zo ben ik in de ansichtkaarten terechtgekomen. Op een bepaald moment had ik veertien man personeel. Ik had zevenduizend items, dus niet alleen landschappen, maar ook wenskaarten met gimmicks erop, met spiegeltjes, met steentjes, met een boodschap erop.”

Echt naar bomen kijken vindt Paauw heel belangrijk. Zo viel zijn oog op deze natuurlijke ‘1‘ in een boom.

 

Ook het strand spreek Paauw aan, althans wat daar te vinden is: “Ik ben niet iemand die op het strand gaat liggen. Ik moet wat doen. Alles wat aanspoelt, daar ging ik bewegende dingen mee maken. Heel veel… ik heb tientallen filmpjes en duizenden foto’s van allerlei dingen waar ik nog eens een uitgave van wil maken.” Van enkele strandcreaties zijn leuke filmpjes op YouTube te zien.

Vanaf het begin dat Paauw in Bilthoven woont, bezoekt hij ook al regelmatig Landgoed Eyckenstein. Paauw, wijzend naar hele rij afgezaagde dennentakken op de grond: “Wij wandelen vaak naar Hollandsche Rading, naar de Paddenstoel wat drinken en dan lopen we zo naar dit gebied juist. En ik vond dit altijd zo mooi, vanwege de tint.” Van deze takken heeft Paauw zijn stoel gemaakt. “Wat ik interessant vind, is vaak de eenvoud. Kijk, hier staat nu een stoel, maar die stoelen maak ik op andere plekken. Dit is nu de Eyckenstein-stoel, maar aan zee heb ik ook stoelen gemaakt.”

Behalve hout gebruikt Paauw op het Landgoed ook andere materialen. Hij toont enkele foto’s van ronde torens opgebouwd uit stukjes steen: “Dit is echt een Eyckenstein-project, deze paden hier. Die torens, dat zijn stukjes van alle voetpaden. Ik noem het wel eens ‘de gemalen-huizenpaden’, omdat er puin in zit en daar zitten stukjes in van badkamers, van tegeltjes. En dat vind ik ook interessant, het is materiaal met geschiedenis. De boom heeft geschiedenis, ja dat is fantastisch, natuurlijk. Wat je op het pad vindt… één zo’n toren dat is een nationaal museum eigenlijk, want daar zit van alles in, van badkamers, keukens van diverse huizen uit de omgeving en waar vandaan dan ook.”

Wat spreekt Paauw op Eyckenstein aan? “Dat het een beetje… wispelturig onverwachts is. Er zijn hele spannende momenten in, verrassende momenten. Je moet juist die zijpaden nemen. Een heleboel mensen doen dat niet. Afwisseling vind ik heel leuk, het verrassende eigenlijk. Het is geen eenheidsworst.”

Als afsluiting van het interview komt Paauw nog met een prachtig idee waar hij zelf ook graag aan mee wil helpen als er weer een open dag op Eyckenstein komt. Wat dat is? Als het plan doorgaat, ziet u het vanzelf.