Nederlandsche Maatschappij voor Tuin bouw en Plantkunde in 1904 op Eyckenstein

Mr. Willem Carel baron van Boetzelaer rond 1900.

2021-06

“De Nederlandsche Maatschappij voor Tuin bouw en Plantkunde houdt elk jaar in deze of gene streek van ons land een vriendschappelijke bijeenkomst, wier doel is buitenplaatsen of plantencollecties te bezichtigen en den band van vriendschap te versterken.” Zo begint een artikel in het Dagblad van Zuidholland en ’s Gravenhage op 29 juli 1904.

 

Het artikel beschrijft een bezoek op Eyckenstein de voorgaande dag, waar leden van de Maatschappij vanuit het hele land werden ontvangen door eigenaar en bewoner Mr. Willem Carel van Boetzelaer (1845-1934). De dag begon met de ontvangst in het Stations-koffiehuis in Utrecht door de afdeling Utrecht en omstreken. Toen iedereen aangekomen was, volgde er eerst een wandeling langs verschillende interessante bezienswaardigheden in Utrecht, waaronder de buitenplaats Nieuweroord (dat in 1918 plaats moest maken voor een nieuw hoofdkantoor van de Nederlandsche Spoorwegen, nu De Inktpot van ProRail) en de Hortus.

 

Op Eyckenstein

Met bloemen versierde rijtuigen brachten het hele gezelschap daarna naar Eyckenstein, waar de deelnemers een uitgebreide rondleiding in het park en in de “broeierij” (kwekerij, de huidige moestuin) genoten. Van Boetzelaer was voorzitter van de orchideeënclub en had al diverse prijzen gewonnen met zijn orchideeën, onder andere in Antwerpen. Ook zijn tuinman Gebhardt, die die al vanaf 1880 tuinbaas op Eyckenstein was, viel meerdere malen in de prijzen om zijn kweekmethoden. Niet voor niets dus dat Eyckenstein voor deze “vriendelijke bijeenkomst” was uitgekozen. Het verslag vertelt uitgebreid over alle soorten planten langs de wandelroute en is vol lof over alle prachtige bloemen die overal te zien waren, en in het bijzonder over de prestaties van tuinbaas Gebhardt.

Het artikel geeft ons een mooi inzicht in de situatie in die tijd. Niet alleen wat betreft de beplanting, maar ook blijkt het huis Berkenstein er nog te staan, waarvan we alleen weten dat het ergens rond 1900 afgebroken is. De kas waarin de orchideeën werden gekweekt, wordt nog steeds de Orchideeën kas genoemd. In 2015 zijn de Orchideeënkas en de ertegenover gelegen Druivenkas grondig gerestaureerd.

 

 

De Orchideeënkas in 2015, na grondige restauratie.

 

Lees het hele krantenbericht op Delpher. (Scroll hierin een stukje naar beneden tot na de tweede horizontale scheidingsstreep, bij de zin “De Nederlandsche Maatschappij voor Tuin bouw en Plantkunde …”)